Met belevingsgerichte zorg sluiten wij zo veel mogelijk aan bij de leefwereld van onze cliënten en richten wij ons op de individuele behoeften van de oudere. Belangrijke begrippen hierbij zijn geborgenheid, veiligheid en ontspanning.
Behandeling
De cliënt wordt vaak vanuit een crisissituatie opgenomen binnen de afdeling. De eerste stap is de oorzaak van het onbegrepen gedrag (de gedragsproblemen) te achterhalen. Op basis van observaties en bevindingen van het multidisciplinair team stellen we een behandelplan op, waarin we beschrijven wat ieder vanuit zijn of haar vakgebied samen met of voor de cliënt gaat doen. Denk bijvoorbeeld aan verder lichamelijk en/of psychologisch onderzoek, omgangsadviezen, medicijngebruik en/of lichamelijke zorg. Hierbij gebruiken we ook graag informatie van de partner, familie of andere belangrijke naasten.
Hierna volgt een stabilisatiefase. In deze fase zorgen we er voor dat het gedrag van de cliënt verder stabiliseert, dat bijvoorbeeld onrust, angst of boosheid verminderen. Wanneer het gedrag (gedeeltelijk) gestabiliseerd is, verleggen we de nadruk op het dagelijks functioneren. Behouden of verbeteren van cognitieve functies. Onder cognitieve functies worden alle processen verstaan die betrokken zijn bij het opnemen en verwerken van informatie.
Op het einde van de behandeling stemmen we met alle betrokken partijen het vervolgtraject af.
De cliënt kan verhuizen naar een (meer) passende woonvorm of terugkeren naar de thuissituatie.
Wanneer de cliënt terug naar huis gaat kan het dementieprogramma ‘Hulp bij dementie’ aan familie of naasten verdere ondersteuning bieden. Gaat de cliënt naar een passende woon- zorgvoorziening, dan kan deze organisatie het IEP consulteren voor advies.
|